Geloven Leren

Opinie en tools voor wie begaan is met het katholieke geloof


De doorbraak naar het innerlijke

109. Vrijdag na Aswoensdag

De lessen van vandaag onderrichten ons met Gods woorden over de ware vasten. Als elke goede les gaan zij progressief te werk en stijgen zij op van het onvolmaakte naar het volmaakte. Het epistel ( Is. 58, 1-9 ) stelt zich nog op het standpunt van het Oude Testament , terwijl het evangelie, een passage uit de Bergrede ( Mt. 5, 38-6, 4 ), ons de volkomenheid van de nieuwe wet voorhoudt. Maar meen niet dat daarom het epistel ons niets zou te zeggen hebben. De volmaaktheid van het Nieuwe Testament wordt in de werkelijkheid zelden gevonden. Zij is niet statisch, zij is er veeleer een die altijd vóór ons ligt, waarnaar wij ons reikhalzend rekken om haar te grijpen zonder haar ooit geheel te bezitten.

Er zijn in de grote religieuze praktijk van de vasten eigenlijk drie phasen te onderscheiden die overeenstemmen met de drie trappen van het geestelijke leven. Het eerste stadium is dat van het „werk” zonder meer, van de godsdienstige oefening in de beperkte zin van het woord. De nog erg natuurlijke mens stelt een daad voor God, hij volbrengt een plicht, hij vast, gaat naar de kerk. Hij heeft het bewustzijn iets voor God te doen: na zijn plicht te hebben vervuld, is hij voldaan en voelt hij zich „vrij” . God heeft het zijne gekregen, de mens kan nu weer overgaan tot de orde van de dag. Velen komen hier nooit boven uit, ofschoon deze zielehouding (want daarover gaat het ten slotte) erg elementair is en reeds voor het Oude Testament onvoldoende. Het formalisme dreigt hier aan alle kanten, de innerlijke mens wordt bijna niet geraakt, „Is dit soms een vasten die Mij aangenaam is? Het hoofd laten hangen als een riet, in zak en as gaan liggen?” Zo zou de mens het vasten willen zien als een middel om God gunstig te stemmen en ondertussen des te ongestoorder zijn eigen gang te gaan.

„Dit is het vasten zoals Ik het wil: zondige boeien slaken, verdrukten de vrijheid geven, de hongerige uw brood reiken, uw eigen broeder niet verstoten.” Dit is het tweede stadium: de eerlijke wil om Gods wet te vervullen over de hele linie. Het vasten (en elke andere religieuze oefening) is dan niet langer een afweermiddel, maar een uiting van gehoorzaamheid aan de wil van God, een methode om volkomener Hem onderworpen te zijn. De mens heeft ingezien waar het om gaat: de Heer is meester over al onze daden. Er bestaat geen terrein waar wij vrij onze gang kunnen gaan en wij kunnen die vrijheid niet kopen met een extra gift aan God of met een bijzondere versterving. De dienst van God doordringt ons menselijk heelal.

Maar eerst het Nieuwe Testament brengt de algehele doorbraak naar het innerlijk „Weest volmaakt zoals uw hemelse Vader volmaakt is. ziet toe dat gij uw gerechtigheid niet beoefent voor het oog der mensen om door hen gezien te worden” (evangelie). De liefde voor onze naaste (zelfs die voor de vijand) en de aalmoes zijn vergeestelijkt. Niet in deze zin dat zij in de praktijk van het leven en de concrete werkelijkheid minder krachtdadig zijn geworden, maar hierdoor dat de lijnen naar de goddelijke oorsprong zijn doorgetrokken. Van God gaan die daden uit, voor zijn aanschijn worden zij gesteld en om zijnentwil, zij zijn een afbeelding van de goddelijke liefde, een uitstromen uit die enige Bron van alle goeds door een menselijk medium dat geen weerstanden meer biedt en dat als transparant is geworden: het kind Gods.

Daarom bidt het slotgebed: „Stort ons, Heer, de Geest van uw liefde in” . En het graduale geeft ons een fijne vingerwijzing hoe wij naar de volmaaktheid van het derde stadium kunnen streven: „Eén ding heb ik de Heer gevraagd, dit éne begeer ik: te wonen in het huis des Heren en zijn lieflijkheid te aanschouwen” ( Ps. 26, 4 ). Wij moeten die lijn naar het goddelijke willen doortrekken en voortdurend die verbinding (die voortdurend wordt verbroken) herstellen. Wij mogen niet moede worden Hem altijd met geloof te beschouwen, opdat zijn heerlijkheid ons geleidelijk omvormt tot de glorie van het beeld van zijn Eengeborene.

Willem Grossouw

Over Innerlijk Leven - Abonneren per email (dagelijks van 30/11/2014 tot 29/11/2015)