Geloven Leren
Opinie en tools voor wie begaan is met het katholieke geloof
De goddelijke uitverkiezing
178. Donderdag na de Derde Zondag na Pasen
In de hymnische aanhef van de brief aan de Ephesiërs lezen wij: „Gezegend zij de God en de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons van uit de hemel met allerlei geestelijke zegen gezegend heeft, in Christus. Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren vóór de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht” ( Eph. 1, 3. 4 ).
1. „Hij heeft ons uitverkoren, reeds vóór de grondlegging der wereld.” Aan het begin van ons heil staat de goddelijke uitverkiezing van eeuwigheid. Van God gaat alles uit. Ook datgene wat wij in de tijd met veel moeite, met veel aarzeling en halfheid, werken aan ons heil. Wij meenden wellicht ooit, dat wij het doen. Wij denken dat ons pogen van zo groot gewicht is (en in zekere zin is dat waar) — maar God „werkt alles naar het raadsbesluit van zijn wil” ( Eph. 1, 11 ) en vóór wij bestonden, van eeuwigheid, heeft God besloten ons te roepen tot het christelijk heil, tot dit leven der genade dat het voorspel van de hemel moet zijn. Zonder die goddelijke roeping zou alle pogen van ons vergeefs zijn, — en al ons pogen nu in de richting van ons eeuwig heil is een gevolg van de goddelijke uitverkiezing. God heeft ons geschapen. In de orde van het natuurlijke zijn en leven danken wij Hem alles, maar evenzeer in die andere en hogere orde van het leven in Christus. Deze uitverkiezing is een daad van vrije liefde: „in liefde heeft Hij ons, volgens het welbehagen van zijn wil, voorbestemd zijn kinderen te worden door Jezus Christus” ( Eph. 1, 5 ). In Gods genade, in zijn grondeloze liefde ligt alle initiatief besloten tot ons heil, tot onze redding van de eeuwige dood, tot ons leven in Christus. Dankbaarheid en nederigheid moeten ons bezielen bij het besef van deze onverdiende uitverkiezing; en ook fierheid door een besef dat te zeer verloren is gegaan onder ons: elke christen als zodanig is door God persoonlijk geroepen met een hemelse en eeuwige roeping, „vóór de grondlegging der wereld” .
2. „Om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht” : dit is het onmiddellijke doel van de goddelijke roeping, dat wij heilig leven. Het laatste doel is de „lof van zijn glorie” ; ook dit wordt aangegeven in deze van inhoud zware verzen ( Eph. 1, 6. 12. 14 ). Ons leven is geen toevalligheid en ook niet iets dat we vrijelijk kunnen inrichten naar eigen keus. God heeft ons geroepen in Christus Jezus. Dat is iets om fier op te zijn en om gelukkig mee te zijn, maar toch alleen wanneer wij de roepstem Gods ernstig nemen, en niet dilettantisch of alleen maar voorzover het ons uitkomt. God wil dat wij heilig en vlekkeloos leven voor zijn aangezicht, dat is in werkelijkheid. Elke christen is door God geroepen tot dit heilig leven voor zijn aangezicht en hij moet aan die roeping willen beantwoorden voor de volle honderd procent (ook al weet hij dat volkomen verwerkelijking van die wil niet zal geschieden vóór de eeuwigheid).
3. „Hij heeft ons uitverkoren in Christus.” God heeft mij niet uitverkoren op mijzelf en om mijzelf, maar omdat ik behoor tot Hem en voorzover ik behoor tot Hem, die „de Geliefde” is ( Eph. 1, 6 ), op wie de liefde des Vaders geheel gericht is, die alleen de Vader behaagt om Zichzelf. Wij behoren Hem toe. Juist voorzover wij in Hem zijn ingelijfd door de doopgenade en met Hem verenigd door geloof en liefde, zijn wij christen, — en juist inzover ook beantwoorden wij aan de roeping Gods en behagen wij de Vader. Buiten Christus om, die het hoofd is van de Kerk en die „alles in allen vervult” ( Eph. 1, 23 ), bezitten wij geen christelijk zijn, geen eeuwig leven, geen onvergankelijk goed.
Trachten wij te „zijn in Christus” , zo volledig mogelijk; trachten wij dáár ons denken en voelen en willen te concentreren, in Hem, op wie als in een brandpunt de oneindige liefde des Vaders zich samentrekt. Dáár willen wij thuis zijn, dáár willen wij „bevonden worden” , nu en in eeuwigheid.
Willem Grossouw
Over Innerlijk Leven - Abonneren per email (dagelijks van 30/11/2014 tot 29/11/2015)