Geloven Leren

Opinie en tools voor wie begaan is met het katholieke geloof


De vaart van de Geest

Met de herdenking van de opening van het tweede vaticaans concilie, 60 jaar geleden, werd er weer heel wat gespind op de gewoonlijke online media. Met de synode over synodaliteit in het vooruitzicht, lijkt het alsof we het allemaal nog eens opnieuw gaan doen, de Kerk hervormen, ditmaal nog straffer, en écht!

Volgens Jos Moons sj, specialist pneumatologie, moeten we met het werken van de Geest geduld hebben, maar ook geduld is uit te drukken in aantallen jaren. Ik probeer me dan wel eens voor te stellen hoe die Kerk er over zoveel-jaar-als-het-nodig-heeft zou kunnen uitzien.

Om zich dat beeld te vormen, moet je out-of-the-box denken. De vernieuwingen die nagestreefd worden en die nu met mondjesmaat reeds lokaal ingevoerd worden in een ersatz-formaat, worden dan het nieuwe normaal. Het halfslachtige kan immers niet blijven duren, de logica wordt doorgetrokken. Neem bijvoorbeeld de gehuwde priesters, die sinds de Amazonesynode als lokale-mogelijkheid-bij-uitzondering worden voorgesteld: zij zullen op termijn overal gewijd worden, en zullen ook tot bisschop en kardinaal benoemd worden. Hetzelfde met vrouwelijke priesters. Hetzelfde met het kerkelijke homohuwelijk, desgewenst ook van toepassing op voornoemde m/v/x-priesters. Dat is de logica zelve.

Die werkelijkheid zal vereisen dat de kerkelijke leer zich aanpast. De ideeën die nu, door de Geest tot stand gebracht, in een dynamisch spanningsveld met de leer staan en bestaan in uitzonderlijke contexten, kunnen dat spanningsveld niet blijven verdragen eens het realiteiten worden.

Op dit ogenblik is het promulgeren van een nieuwe leer nog moeilijk, maar reeds lang is een doeltreffende praktijk in voege dat de kerkelijke leer uitsluitend gevulgariseerd wordt aan de hand van magisterium dat niet ouder kan zijn dan de besluiten van Vaticanum II (toch zeker de geest ervan) en bij voorkeur beperkt tot dat van de huidige Paus. Hiermee wordt in praktijk het immense magisterium van welhaast 1900 jaar kerkgeschiedenis, samen met dat van de twee voorgaande pausen, die nochtans ook het concilie implementeerden, beetje bij beetje uit het collectieve geheugen gewist. Op basis van deze tabula rasa kan de roll-over van het de inhoud van de leer efficiënt ingekort worden.

Zoals de Geest nu aan het werk is, is er immers veel op til. Op stapel staan de fundamentele herdefeniëring van minstens drie van de zeven sacramenten: het priesterschap, het huwelijk en de eucharistie. De biecht is de facto al uit de geesten afgeserveerd als wezenlijk sacrament. Ook het sacrament van de ziekenzalving zal ongetwijfeld inhoudelijk gefileerd worden, gezien de voortschrijdende acceptatie van euthanasie. De initiatiesacramenten van doopsel en vormsel zullen blijven bestaan in hun huidige, inhoudsloze maar sociaal aangename vorm.

Ik vermeld de eucharistie bij de fundamenteel te herdefiniëren sacramenten, omdat het ook een heet hangijzer is. Zet de Geest zijn werk voort, dan is een totale ontmanteling van het missaal aan de orde, en via het lectionarium en de openstelling voor de (exegetische) wetenschap als mogelijke bron van wijsheid en inzicht, kan tevens het gebruik van de Bijbel als belangrijkste bron van de Openbaring een nieuw elan krijgen. In de Heilige Schrift bestaat immers eveneens een spanningsveld, omdat wezenlijke elementen worden geklasseerd als latere toevoegingen of als geloofsverhalen en ook dat spanningsveld zal beslecht worden in de manier waarop de Bijbel liturgisch en catechetisch gebruikt wordt.

Indien de Geest het tempo handhaaft, zal over honderd jaar de Kerk een losbladige Bijbel hebben als bron van geloof, en ditto missaal. Ze zal nog twee initiatiesacramenten kennen, een huwelijk en priesterschap van gans andere aard en een eucharistische bijeenkomst met teksten die voorgaande praktijken reflecteren en bevestigen.

Men zou kunnen zeggen dat deze visie product is van conservatief doemdenken. Echter volgens Jos Moons is de uitkomst van het proces zeker. Hij aanvaardt slechts één punt van conservatieve kritiek, dat de veranderingen vanuit progressieve hoek ongelukkig als enige optie worden voorgesteld, maar door die kritiek te pareren met geduld, bevestigt hij juist dat ze wel de enige optie vormen, zij het op een termijn die lang genoeg is om de kritiek respectvol (en met professionele pneumatologische hulp) te laten inslapen.

Deze beschouwing is geen fantasie, het is geen dystopisch visioen over een onkenbare honderdjarige toekomst, het is echter wel product van de psychologische zelfkwelling door uw scribent, “zich open te stellen voor Gods verrassingen”, immers: hoe verschilt bovenstaande omschrijving van de praktische, dan wel voluntaristische geloofswereld van de gemiddelde katholiek in Vlaanderen, vandaag?

Verwante onderwerpen...